Archief van de rubriek ‘Breda’
Polen, het zijn Polen!
Als steeds een mooie aflevering van Andere Tijden over de bevrijding van Breda in 1944 door de Eerste Poolse Pantserdivisie onder commando van generaal Stanislaw Maczek <- en de teleurstelling van de Polen die daarop volgde: tijdens de conferentie van Jalta werd hun land, dat in 1939 als eerste door Hitlers horden aangevallen, door Roosevelt en Churchill aan Stalin, dus de Sovjets verkwanseld.
De bijzondere verdienste van Maczek was dat hij de historische binnenstad van Breda voor vernietiging wist te behoeden. Vandaar dat hij later tot ereburger van de stad werd benoemd. Ook is in Breda een museum aan hem en zijn divisie gewijd.
Het Ginnekense buitenhuis Vrederust en zijn markante bewoners
![]()
Vrederust in de negentiende eeuw, naar een aquarel van Chr. Eckstein. (Privébezit.)
Rijksmonument staat te koop voor 2,9 miljoen
Door Guido t’ Sas
Het van origine Ginnekense buitenhuis Vrederust, een rijksmonument, staat als onderdeel van een failliete boedel, voor 2,9 miljoen te koop. Het is intussen ook veel meer dan een landhuis in een park: een kantorencomplex. Vrederust (eerder Vrede en Rust genoemd) heeft een rijke geschiedenis en dat komt vooral door de markante bewoners, die het heeft gehad, met name de van oorsprong Amsterdamse familie Van den Biesen. Daarover gaat dit verhaal.
Nog altijd leesbaar
BN De Stem bladerde in zijn oude leggers, tot 60 jaar terug, en vond een stuk van Henri t’ Sas (1877-1966) over de schaatscultuur in Breda van zeg maar gerust een eeuw geleden. De redactie vond het nog altijd leesbaar. Grappig: ’ t’ Sas ‘schreef lang geleden nog wel eens ‘n stukje in Dagblad De Stem’, weet de redactie. Houd het maar op wekelijks, gedurende meer dan ‘n halve eeuw. Wat dat betreft, valt er nog heel wat te bladeren… Maar wel aan het auteursrecht denken, hè?
Een journalistieke observatie van Henri t’ Sas
In Brieven van Paulus (nr.191-2012) tijdschrift van de Nieuw-Ginnekense heemkundekring Pauius van Daesdonck, staat een overdruk van een observatie (tegenwoordig zouden we het een column noemen) door Henri t’ Sas in het Dagblad van Noord-Brabant van een Chassé-herdenking op 20 december 1932. De inleider corrigeert de straat, waaraan het Chassémonument (en het woonhuis van de schrijver) zijn gelegen, Brugstraat, in Duivelsbruglaan. De naamwijziging vond echter pas in 1942 plaats, bij de annexatie van Ginneken door Breda. Er kwam commentaar van lezers van de krant. Zie onder het artikel (Ogenschijnlijke oneerbiedigheid).
“Oneerbiedigheid”
Enkele lezers hadden zich “gestooten aan den toon, omdat zij de Brabantsche gemoedelijkheid van den man van de straat te ver doorgedreven achtten”. De redactie verzekerde hun echter dat wat “onzen medewerker met zijn straatfilm bedoeld heeft, niet minder is dan een weergave van hetgeen het volk, wanneer het te hoop loopt, ziet, hoort en elkaar vertelt. En men weet wel dat dan de Brabantsche loslippigheid wel gezegden spuit, welke op oneerbiedigheid lijken, maar niets anders zijn dan ruige vriendelijkheden vermengd met een dosis niet kwaadaardige opschepperij”.
Oudste gezicht op Breda zou van 1515 zijn
In een boek over de Waalse Kerk (voorheen Wendelinuskapel) zou een repro staan van een geschilderd ‘gezicht op Breda’ uit omstreeks 1515. Het zou de oudste afbeelding van de stad zijn. Dat heeft BN-De Stem ontdekt. Op het schilderij is onder meer een stuk van de Grote of O.L. Vrouwekerk te zien.
Een hervormde Laurentiuskerk
|
In BN-De Stem lees ik dat de Nederlands Hervormde kerk aan de Duivelsbruglaan in Ginneken door de (burgerlijke) gemeente Breda is verheven tot trouwlocatie. Tsjussusus, zouden de gebroeders Temmens zeggen. Laurentiuskerk, noemt de krant haar en dat is formeel juist, maar het klinkt mij vreemd in de oren en ik zal dat uitleggen. Meer op Manieren |
Het Fyragevoel
Het Fyragevoel is een raar gevoel. Het wordt bepaald door gekissebis tussen Nederland en België, door frustraties bij forensen en andere woonwerkers over gedwongen geboemel tussen Roosendaal en Antwerpen, door missers in de nieuwe dienstregeling van deze vervanger van de Beneluxtrein Amsterdam-Brussel. Last but not least wordt de Fyra de eerste week van haar functioneren regelmatig ‘opgeheven’, eenvoudigweg omdat ze met haar defecten blijft staan waar ze staat.
Meer op Manieren
Toneel in de bedstee
In het begin van de vorige eeuw had Breda al een stadsschouwburg: Concordia, sinds 1881. Een klassiek gebouw, dat nu tot rijks erfgoed zou zijn verklaard maar dat in 1998 op de
<- voorgevel na jammerlijk werd gesloopt. Vervangen door een althans van buiten foeilelijk, maar als meer eigentijds en ‘functioneler’ voor het hedendaagse spektakel beschouwd ‘Chassétheater’.
Het heeft overigens lang geduurd voordat Concordia als vanzelfsprekend tot ieders beschikking stond. Ik vond in een uit 1918 daterend krantenartikel een beschrijving van de erbarmelijke accommodaties, waarmee met name het r.-k. amateurtoneel in Brabant zich toen moest zien te redden.
Rondwandelende koninginnen
Op zijn Avondlog maakt VPRO-journalist Wim Noordhoek, mede vanuit zijn geboren Hagenaar zijn, melding van vrouwen die zich koningin (Wilhelmina) waanden en zich daarnaar kleedden en gedroegen. Ik citeer maar even: ‘Vanmiddag in de Javastraat, herinnerde ik me een Haagse verschijning: de flanerende dame die zich kleedde en gedroeg als Wilhelmina. Ze wuifde vriendelijk naar passanten, die haar spel meespeelden en de hoofden bogen. Heren lichtten de hoed. ‘De koningin’ was een bekendheid. (…) In Voorburg flaneerde een ‘Wilhelmina’, die de poederdot werd genoemd om de dikke laag rouge op haar wangen.’
Ik heb hier vanuit mijn Breda’s/Ginnekense achtergrond wel iets aan toe te voegen, namelijk over vermeende bastaards van koning Willem III.
Het bruiste van de herrie
Wie dit weblog af en toe bekijkt, kent mijn weerzin tegen het woord ‘bruisen’ als het te pas en te onpas wordt gebruikt bij het promoten van evenementen en ter aanduiding van de kwaliteiten waaraan het opwaarderen van dorpscentra dient te voldoen: ‘Laat het vooral een bruisend geheel worden’. En zo heet mijn geboortedorp Ginneken ‘bruisend’, gedurende de dagen dat daar de kermis wordt gehouden. Het is er evenwel dit weekeinde volledig uit de hand gelopen, door de vergaande concessies die er aan het horecawezen zijn gedaan. De viering van het 110-jarig bestaan van de Laurentiuskerk <- kwam er zelfs door in de knel.
Lees het op Manieren
Halve maan-ziekte
‘Een Safety Spot is een gele halve cirkel die voor een gelduitgifte apparaat op de grond wordt geschilderd. Mensen blijven automatisch buiten deze cirkel wachten wanneer iemand geld opneemt,’ zo lees ik op de website van BN-De Stem.
Demissionair VVD-minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten zal in Breda in het kader van zijn persoonlijke politieke, respectievelijk ministeriële ambities zo’n halve maan komen schilderen.
Verder op Manieren
De ridders van de ronde tafel
|
(Ontleend aan de tekst Het Vogeltjestapijt, een non-fictief fictief probeersel van mij uit 1993. Ze sluit aan op de stukjes over ijskelders, no.1 en no.2. De tekst gaat hoofdzakelijk over het gebruik van de ijskelder op Wolfslaar door r.-k. voortrekkers –scouts vanaf 17 jaar- rond 1950 voor hun bijeenkomsten en rituelen. Het kan anno nu misschien op de lachspieren werken, maar toen was het een bloedserieuze aangelegenheid. |
|
De Den was, ongeacht het jaargetijde, een kil, vochtig hol, zonder enige voorziening van belang – geen elektra, geen sanitair. Wat je er achter liet, gaf je prijs aan de verrotting.
Als het kasteel van Doornroosje
In juni beloofde ik mezelf, na een bezoek aan de ijskelder van het kasteel in Heeze, nog eens naar een vergelijkbare inrichting te gaan kijken op het landgoed Wolfslaar bij Breda, temeer omdat ik daar dierbare jeugdherinneringen aan heb, die ik in het stukje IJskelders al heb geschetst. Niet zonder moeite heb ik de restanten van die ijskelder op Wolfslaar teruggevonden: het lijkt wel het dichtgegroeide kasteel van Doornroosje.
Zie Manieren
Na hergraven haven nu ook ‘zeezicht’ in Breda
Breda heeft sinds enige jaren weer z’n haven. In de jaren zestig van de vorige eeuw werd die, voornamelijk vanwege de onophoudelijke stank van wat daar allemaal op werd geloosd, gedempt. Maar nu is de boel daar, alweer ‘n tijdje terug, open gegraven en duikt er opeens in het hartje van de stad een café Zeezicht op.
Zie Manieren
IJskelders
In het beukenbos achter het kasteel van Heeze, even buiten de slotgracht, ligt wat intussen niet meer is dan de ruïne van een ijskelder: een gewelf van baksteen, eertijds (sinds 1907) afgedekt met zand. Aannemer Nico de Bont uit Vught, gespecialiseerd in de restauratie van monumenten, heeft er een hek omheen gezet, plus de nodige waarschuwingen voor instortingsgevaar. Voor het opknappen van het bouwsel is subsidie aangevraagd (het kasteel met bijgebouwen is een rijksmonument), over welk verzoek hopelijk nog deze zomer wordt beslist.
Verder op Manieren
Engelen
Die engel met z’n mobieltje op een verbindingsboog van de Sint Jan is als ‘actuele grap’ niet zó uniek. In de Grote of Onze Lieve Vrouwekerk van Breda heeft beeldhouwer M. van der Poel bij de restauratie van de koorbanken iets vergelijkbaars bedacht, zo valt te lezen op grotekerkbreda.nl. Op een van de zittertjes is een Poolse soldaat op een motorfiets afgebeeld, met achterop de motor een Bredaas meisje dat zijn baret draagt.
Een beiaardier van Breda
Een reactie op het verhaal (of liever de door DWDD getoonde video) Het mannetje dat de tijd aanstuurt. Die reactie gaat over Petrus Oomen, die stadsbeiaardier van Breda was van 1892 tot 1923.
Den Bosch scoort ‘t laagst qua vestigingsklimaat
‘s Hertogenbosch (Den Bosch) maakt geen beste beurt, in een onderzoek van Deloitte naar het vestigingsklimaat voor ondernemers in 17 Nederlandse steden(-combinaties). De Brabantse hoofdstad staat namelijk helemaal onderaan. ‘Slimste stad’ Eindhoven staat op 9, Tilburg-Breda op 5. Winnaar is Leiden.
Locatie
IJsbaan (2)
Die ijsbaan van de Vereniging IJsvermaak in Ginneken (waarvan rechts het allang afgebroken paviljoen) vertegenwoordigt toch wel een flinke hap van mijn jeugdherinneringen, realiseer ik me nu. Zo denk ik aan de tijd na de oorlog dat het bedijken van dit stuk Bouvignewei een project was van de DUW. Afkorting van ‘Dienst Uitvoerende Werken’ ten behoeve van werklozen. Niet echt verheffend. Ze werkten met schoppen en van die karretjes op rails en dat trok vooral mijn aandacht, spoorfanaat die ik was.