Wie is online
311 bezoekers online
Schrijf ons

Je kunt ons altijd schrijven via de contactpagina. Daar vind je ook richtlijnen, voor het geval dat je mail-notificaties wenst bij nieuwe 'posts' aangaande Best. 

Rubrieken
Opinie of niet?

ls een post op deze site begint met wat in de typografie heet een initiaal, zoals de A hier, bevat zij een mening of interpretatie van de schrijver.

English?

Translation by Google in Chrome: please, click the right mouse button and select 'English'.

Archieven
december 2021
Z M D W D V Z
 1234
567891011
12131415161718
19202122232425
262728293031  

De slapstick van prinses Irene

Boekbespreking door Sante Brun


aast Gordon, Ali B. en de Meilandjesirene zorgt ons koningshuis sinds jaar en dag voor de nodige vermakelijkheden, met een sterk accent op de categorie ‘leedvermaak’. Afgelopen week hadden we weer zo’n voorstelling in dat grappige paleisje van de Raad van State in de knik van het Lange Voorhout naar de Kneuterdijk in Den Haag. Maar helaas moest ik die gebeurtenis verwijzen naar een tweede plaats, want ik las op dat moment het boek Om de liefde voor de troon van Daniela Hooghiemstra.

In dat boek komen vele vermakelijke aspecten van ons vrolijke koningshuis bijeen, met een apotheose die zonder veel knip- en plakwerk zou kunnen worden gebruikt voor een slapstick in de serie ‘My big fat Italian, Greek etc wedding’. Prinses Armgard en haar vriendje Pantchoulitchev en haar zoon Bernhard, koningin Juliana, prinses Stampvoet (Beatrix) en een hele stoet radeloze ministers en diplomaten: het gaat over aanloop en afloop van het huwelijk van prinses Irene met de fantast Carlos Hugo van Bourbon-Parma.

 

 

 

Eigenlijk is het hoogtepunt van deze vrolijke historie – die dus woord voor woord berust op feiten – het laatste hoofdstukje getiteld ‘Helemaal ik’, en ik citeer: ‘Het eureka-moment kwam toen ze (Irene) op een ochtend tegenover een ‘zacht witte volle roos’ stond. Ze vroeg om ‘vergiffenis’ en liet haar emoties de vrije loop… ‘Wij zijn één. Ik verdwijn als het ware in haar’… In de dagen daarna benaderde Irene een acacia, een berk, een ‘geurige roze roos’ en een appelboom, en ervoer ze opnieuw het ‘éénzijn’.’ Ik stop hier maar, verderop komen de dolfijnen aan de beurt waarvan we al op de hoogte waren. Zonder een spoortje ironie, zonder enig beroep op mogelijke kennis van de psychiatrie bij haarzelf of de lezer somt Hooghiemstra het op.

Carlisten

Maar het filmscenario vormen de gebeurtenissen die vooraf gingen: de kennismaking van Irene met de Carlos Hugo, de ‘leider’ van een obscure fascistoïde club in Spanje, de carlisten, die zich verbeeldt enige kans te hebben op het bestijgen van de Spaanse troon na het overlijden van dictator Franco. Hij heeft niet eens de Spaanse nationaliteit. Maar met driest optreden tijdens de stierenjacht in Pamplona én met een mooie prinses uit een regerend vorstenhuis aan zijn zijde ziet hij nog best wel mogelijkheden.

Wat in Nederland het verschrikkelijkste werd gevonden: dat Irene voor het huwelijk met Carlos katholiek moest worden. Fascisme was blijkbaar geen punt, maar heulen met de papen in Rome! Het was toch allemaal prima in orde, als Irene maar afzag van haar plaats in de reeks troonopvolgers van Nederland, maar dat vond Carlos weer geen goed idee. Hooghiemstra suggereert het niet, maar ik dacht: zou hij werkelijk het resultaat van de Tachtigjarige Oorlog ongedaan willen maken?

Theater van de Lach

Hoe dan ook, volgen enkele hoofdstukken waarin allerlei misverstanden een doorslaggevende rol spelen (het lijkt het Theater van de Lach wel), snelle vluchten met vliegtuigen her en der, nachtelijke telefoongesprekken, veel te snelle autoritten met bijpassende aanrijdingen, koortsachtig overleg, ook in de cabines van vliegtuigen die ergens op een startbaan staan, een haastige huwelijkssluiting in Rome onder deels bedrieglijke omstandigheden, kortom, de scenarist die met zo’n verhaal aankomt zou bij zijn filmmaatschappij nog een zware dobber hebben.

Maar het gebeurde echt.

Natuurlijk hadden we op de krant in het begin van de jaren zestig ruimschoots bericht over deze zaken, maar in dit boek zie je alles pas in zijn opzienbarende samenhang.

Wat we in werkelijkheid zien is de opmaat naar het laatste hoofdstuk van de monarchieën in Europa als volstrekt potsierlijke en knap dure hobby’s die we ons vroeg of laat niet meer kunnen veroorloven. Ook om de staatsgevaarlijke strapatsen die er geregeld aan te pas komen, ontsproten aan breinen die nog verwijlen in de tijd van Lodewijk de Veertiende.

Reageer